De discussie over de toekomst van cultuur in Maastricht is voorzichtig losgebarsten. Tijdens de avond ‘Na Rieu – hoe nu verder met cultuur in Maastricht?’, georganiseerd door Sphinx Debatcentrum, klonk een duidelijk geluid vanuit het culturele veld: er is behoefte aan meer ruimte voor experiment, nieuwe makers en initiatieven die de stad in beweging zetten.
De energie is er, iedereen wil. Makers, instellingen en betrokkenen zien kansen om Maastricht cultureel nog steviger op de kaart te zetten. Niet alleen binnen de vertrouwde muren van theaters en musea, maar juist in de buurten en op straat. "De buurt in" moet geen uitzondering zijn, maar de norm.
Aan tafel zat Arjen Hosper, directeur Podiumkunsten bij Zuyd Hogeschool (Toneelacademie en Conservatorium Maastricht). Hij benadrukte de noodzaak voor de stad om een duidelijke culturele visie te ontwikkelen, waarin ruimte is voor jonge makers om te experimenteren en zich te ontwikkelen. Hosper pleitte voor een cultuurbeleid dat niet alleen de gevestigde instellingen in de binnenstad bedient, maar ook de verbinding zoekt met de wijken en diverse gemeenschappen van Maastricht. Cultuur moet volgens hem een verbindende kracht zijn, met samenwerking en zichtbaarheid als sleutelwoorden.
De stad blijkt cultureel rijker dan vaak gedacht. Jonge makers willen blijven, creëren werkgelegenheid en brengen nieuwe verhalen. Maar daarvoor is het nodig om keuzes te maken: wat is de culturele visie van Maastricht? Hoe past die in het stadsmerk en welke initiatieven verdienen meer aandacht en zichtbaarheid?
Het gesprek is gestart... nu is het tijd om samen door te pakken.